Deze vraag wordt dikwijls gesteld door Nederlandse en Duitse patiënten. Het heeft vooral te maken met het feit dat privéklinieken in Nederland en Duitsland meer commercieel worden gerund. Er worden grote budgetten gespendeerd aan publiciteit in allerhande dure vrouwenbladen. Dat leidt dan weer tot massa's telefoontjes waarvoor secretaresses worden ingezet. Die versturen per dag een grote hoeveelheid mooie, en dus dure informatiefolders. Daarna komen een heleboel mensen voor een eerste consult, maar daarvan komt uiteindelijk slechts een klein deel voor een chirurgische ingreep. Dit jaagt vanzelfsprekend de werkingskosten de hoogte in.
Daarenboven zijn panden in Nederland en Duitsland veel duurder dan in België en worden vele klinieken in Nederland en Duitsland gerund door een medische en een commerciële directeur, participatiemaatschappijen en aandeelhouders.
In België worden bijna alle privéklinieken geleid door één of twee artsen. Meestal werken zij in een ziekenhuis en is hun privé-praktijk in de loop van de jaren gaandeweg gegroeid door mond aan mond publiciteit. De Orde der Geneesheren, een machtig instituut dat waakt over het deontologische gedrag van Belgische artsen verbiedt immers elke vorm van publiciteit.
Mond aan mond publiciteit kost niets en bovendien komt een heel hoog percentage van de patiënten na een eerste consult daadwerkelijk voor een ingreep.